Boomblauwtje op haar waardplant sporkehout

Bloeiboog tip – mei 2025

Waardplanten en drachtplanten

Tuinen met een grote diversiteit aan planten kunnen een ‘steppingstone’ vormen voor insecten die voor hun voedsel en voorplanting afhankelijk zijn van bepaalde planten: waardplanten en drachtplanten. In deze blog leg ik je uit wat waard- en drachtplanten zijn en waarom het zo belangrijk is om ze in je tuin te zetten.

Waardplanten

Een waardplant (‘gastheerplant’) is een plant waarvan een ander organisme, zoals een vlinder, mijt, of schimmel, afhankelijk is voor groei en vermeerdering. Zo hebben de meeste vlindersoorten een specifieke plantensoort nodig waarop ze hun eitjes afzetten. De rupsen die uit die eitjes kruipen hebben namelijk precies die plant nodig om van te kunnen eten en groeien. Zo leggen oranjetipjes hun eitjes op planten uit de familie van de kruisbloemigen, zoals look-zonder-look, pinksterbloemen en judaspenning. De atalanta legt haar eitjes op brandnetels, en de koninginnepage heeft schermbloemigen zoals wilde peen, dille en venkel nodig voor het afzetten van haar eitjes. Het boomblauwtje (op de foto hierboven) vliegt op soorten zoals sporkehout, klimop en grote kattenstaart.

Bij veel rupsen luistert het ontzettend nauw, maar ze zijn niet allemaal even kieskeurig in welke plant zij nodig hebben als gastheer. Ook gecultiveerde (niet-inheemse) planten kunnen waarplant zijn. De Vlinderstichting heeft een mooi overzicht gemaakt van waardplanten voor vlinders, en ook vind je op hun website een lijstje met waardplanten voor onze meest voorkomende dagvlinders. Je kunt met deze lijstjes inspiratie opdoen voor planten die je in je tuin kunt zetten als je wil bijdragen aan het voortbestaan van deze vlinders. Je maakt van je tuin dan een ‘steppingstone’ in het leefgebied van vlinders en dat vergroot hun overlevingskans.

Drachtplanten

Een drachtplant is door de productie van nectar en stuifmeel (pollen) een belangrijke voedingsbron voor insecten. Bloeiende planten scheiden nectar uit om insecten zoals bijen te lokken. Bijen gebruiken de nectar (een suikerbron) voor snelle energie. (Wilde) bijen verzamelen daarnaast stuifmeel om zichzelf en hun larven mee te voeden; stuifmeel is een bron van koolhydraten, mineralen, eiwitten en vitamines. Drachtplanten lokken insecten met hun nectar natuurlijk niet voor niets: terwijl insecten van de ene naar de andere bloem vliegen om nectar en stuifmeel te verzamelen, laten ze ook stuifmeel (dat aan hun lijfje plakt) achter. Zo zorgen zij voor de bevruchting van bloemen. Een win-win situatie dus!

Het is voor (wilde) bijen van groot belang dat zij het hele groeiseizoen vers stuifmeel kunnen verzamelen van wisselende samenstelling. Sommige bijen verzamelen stuifmeel van veel verschillende planten (de generalisten), terwijl andere bijen heel specifiek stuifmeel verzamelen van één of enkele planten (de specialisten). Die specialisten zijn vaak heel kieskeurig als het gaat om waar zij stuifmeel verzamelen, maar gebruiken nectar van heel veel verschillende planten.

Kortom, je doet er goed aan om veel verschillende planten in je tuin te zetten die samen een zo groot mogelijke bloeiboog vormen. Dat hoeven niet alleen inheemse planten te zijn, maar let er wel op dat de plant geen complexe, dubbele bloemen heeft. Bijen kunnen dan met hun tong niet bij de nectar en het stuifmeel komen. De bijenstichting heeft een aantal mooie lijstjes met goede drachtplanten voor bijen. Het boek ‘Plantenvademecum voor wilde bijen, vlinders en biodiversiteit in tuinen’ van Arie Koster geeft een prachtig overzicht van verschillende drachtplanten die in tuinen toegepast kunnen worden.

Gifvrij

Als je met je tuin wil bijdragen aan de biodiversiteit, is het dus belangrijk dat je voldoende waard- en drachtplanten in je tuin zet. Zorg er wel voor dat je gifvrije (biologische gekweekte) planten koopt. Anders kunnen je goede bedoelingen wel eens een averechts effect hebben… Hoe dat zit en waar je (in Noord Nederland) biologisch gekweekte planten koopt, leg ik uit in deze blog.